Moslims krijgen geen zendtijd
Geen van de aanvragers van moslimzendtijd krijgt een licentie. Het Commissariaat voor de Media heeft dat donderdag besloten. Eerder was per 1 september 2010 de zendtijd toegewezen aan de Stichting Samenwerkende Moslim Organisatie Nederland (SMON). Het Commissariaat voor de Media trok echter in augustus vorig jaar de uitzendlicentie in, nog voordat de nieuwe omroep was begonnen met uitzenden.
De Stichting spande daarop een kort geding aan tegen de omroepautoriteit. Volgens de voorzieningenrechter was het terecht dat het Commissariaat de zendmachtiging introk nadat er een breuk was ontstaan tussen de initiatiefnemers. Interne onenigheid leidde ertoe dat de islamitische organisatie Academica Islamica zich terugtrok. Hierdoor was de SMON in de ogen van het Commissariaat niet meer representatief en onderscheidend genoeg.
In de afgelopen maanden heeft de SMON de problemen naar eigen zeggen opgelost, maar blijkbaar is dat voor het Commissariaat onbevredigend gebleken. Ook andere aanvragers van moslimzendtijd (SMO, SAI en SIK) vertegenwoordigen de islamitische stroming in Nederland onvoldoende naar het oordeel van het Commissariaat.
In een document van 24 pagina’s heeft het Commissariaat het besluit toegelicht. Er is onder meer te lezen: ‘Noch de SMON, noch de SMO hebben (en zelfs niet na de in deze nieuwe behandeling van hun aanvragen geboden gelegenheid) afdoende valide en geobjectiveerd kunnen aantonen hoeveel moslims, dat wil zeggen getalsmatig, zij vertegenwoordigen, terwijl dit ook overigens niet met voldoende zekerheid is vast te stellen.’
De voor de moslims gereserveerde zendtijd zal nu waarschijnlijk worden ingevuld door de NTR. De SMON gaat beroep aantekenen tegen de beslissing van het Commissariaat, omdat zij van mening is dat er andere eisen worden gesteld aan een zendmachtiging voor de moslims dan aan andere levensbeschouwelijke richtingen in Nederland.
De SMON is verontwaardigd. Voorzitter Radi Suudi: “Om af te zijn van een lastig dossier is het Commissariaat met een drogreden gekomen. Het maakt daarmee de grote groep moslims binnen het publieke bestel rechteloos. Er wordt met twee maten gemeten. Bij andere levensbeschouwelijke richtingen zoals de hindoes kijkt het Commissariaat bijvoorbeeld niet of zij alle generaties afdekken.”
Suudi vervolgt: “Aantonen dat je een tweede en derde generatie vertegenwoordigt is simpelweg nooit een eis geweest bij de zendtijdaanvraag. Achteraf met extra beleidscriteria komen om je beslissing te motiveren is volstrekt onbehoorlijk bestuur en het Commissariaat onwaardig.”
Bron: Broadcast Magazine